Sinds ik in 2006 met mijn zoektocht ben begonnen naar onder andere dergelijke structuren, heb ik er in de Gentse haven zelf nog 6 schuilstructuren in de haven met eigen ogen gezien en gefotografeerd. De grotere schuilstructuur in de kelder van het politiebureel op de Houtdok werd geprospecteerd in 2013. In 2013 werd er jammer genoeg opnieuw een fraai exemplaartje gesloopt van de schuilstructuurtjes in de haven waardoor er heden nog slechts 5 van de 20 origineel gebouwde bunkers in de haven nog terug te vinden zijn. Mogelijks zijn er nog meer maar het is zeker heden niet evident de haventerreinen ten gronde uit te spitten op zoek naar dergelijke structuren. De kans dat ze er alsnog nog zouden zijn is allicht ook wel vrij nihil. Ook is wel ongeveer gekend op welke stukken er hebben gestaan maar niet in die mate dat je op de meter juist kan zeggen van hier of daar heeft of zou er eentje moeten hebben gestaan. Het blijft dus altijd nog zoeken in een omgeving die met de jaren natuurlijk ook zwaar is aangepast geweest. Is het structuurtje er nog ergens achtergebleven over gesloopt blijft vaak een open vraag.
Als de structuurtjes nog bestaan, ziet men boven de grond steeds eenzelfde klein gebouwtje met 2 deurtjes, nogal diep in het gebouwtje zittend, elk aan een andere kant van het gebouwtje. De meeste mensen die er niet mee vertrouwd zijn, denken dat dit oude elektriciteitskabines zijn.
De Gentse schuilbunkertjes in de haven waren allicht allen volledig geëlektrificeerd en volledig voorzien van verlichting. Volgens bestaande documenten zouden ze allen aangesloten geweest zijn op het stroomnet op de bunkertjes 4 en 5 na. Toch dient dit al opnieuw tegengesproken te worden gezien bunkertje 4 nog bestaat en wel degelijk aan de binnenzijde geëlectrificeerd is. Hoe de situatie bij bunkertje 5 was, zal allicht niet meer te achterhalen vallen.
Ze waren eveneens voorzien om verwarming en sanitaire voorzieningen te kunnen opstellen (Deze waren er wel niet standaard in aanwezig).Ook was er ventillatie voorzien naar de kelder beneden al was dit op basis van vrije ventillatie en niet door middel van ventilatoren.
De toestand van de nog teruggevonden structuurtjes is sterk uiteenlopend. In het algemeen zijn de structuurtjes nog redelijk goed tot uitstekend geconserveerd indien ze nog goed afgesloten zijn. Alleen zijn ze natuurlijk wel gevoelig aan het inlopen van water als buitendeuren of nooduitgangen mochten komen open te staan. Er zijn in elk geval nog 2 exemplaartjes in de Gentse haven zo goed als volledig qua aanwezig meubilair. Eentje van deze twee heeft jammer genoeg wel last van water (enkele cm's op de bodem). Meestal is dit te wijten aan gebrek aan onderhoud. Als de sterfputjes die aan beide zijdes van de bunker natuurlijk vol slijk komen te zitten, geraakt water dat op een of andere manier toch al binnen geraakt, natuurlijk niet meer buiten.
Toch mag men gerust stellen dat van de nog afgesloten structuren, de meerderheid geen last heeft van wateroverlast. Dit mag toch wel uiterst verbazend genoemd worden als je weet dat ze ongeveer met hun grondniveau 3 à 4 meter onder het maaiveld zitten van het buitenterrein. Daarnaast zijn ze telkens nog eens gelegen kort bij dokken waardoor het grondwater toch nooit veraf kan zijn.
Wel merkt men duidelijk op dat bij de bouw van de bunkers Calciumchloride werd gebruikt in het beton als versneller. Binnen de productie van gewapend beton is dit heden verboden maar toen nog niet. De reden dat men dit product aan het nog vloeibare beton toevoegde is dat dit het beton sneller laat uitverharden. Het geeft ook een positief effect op de uiteindelijke eindsterkte van het beton. Grote nadeel is echter dat men het beton dat van origine zeer basis is en hierdoor zijn aanwezige wapeningsijzer gaat beschermen tegen roesten, gaat verzuren. Hierdoor verdwijnt deels het basische karakter en kan het beton door de Chloriden van de Calciumchloride aangetast worden en roesten in de constructie. Dit roesten veroorzaakt enerzijds sterkteverlies van het gebruikte ijzer maar wat in de meeste gevallen veel slechter is, spanningen in het beton. Roestend ijzer zwelt namelijk en verhard beton kan indien de spanningen te groot worden deze spanningen niet weerstaan en springt ter hoogte van het roestend ijzer, kapot. Dit verschijnsel kan men op verschillende plaatsen in de structuren wel stillaan zien ontstaan.
Wel is tot op de dag van vandaag niet echt duidelijk of deze structuren heden al officieel buiten gebruik zijn gesteld. In het Gentse zijn ze in elk geval al tientallen jaren niet meer onderhouden. Ook zijn alle structuurtjes in de loop der jaren belast geraakt met sloopvergunningen.
Zo werden reeds in 1985 sloopvergunningen aangevraagd voor de bunkers 13 en 14, beiden op de Rigakaai en heden deeluitmakend van het bedrijf Kesteleyn. Beiden waren allicht de eerste 2 gesloopte structuurtjes van de ooit gebouwde 20.
Nog in 1985 volgde reeds een tweede slopingsaanvraag, ditmaal voor de bunkers 7, 9 en 10. Deze zijn allen allicht effectief gesloopt voor vernieuwingswerken in de Gentse haven.
In 1990 volgden slopingsaanvragen voor de bunkers 11 en 12, beiden gelegen aan kaai 36a. Deze waren beiden gelegen in de buurt van de huidige blauwe cementsilo's van VVM aan de rotonde van de Port Arthurlaan. Deze zouden samen gesloopt worden met een bureelgebouw van het havenbedrijf, een aanwezig NMBS stationnetje en een Ebes Electriciteitskabine. Enkel het bunkertje 12 en de Ebes Electriciteitskabine zijn tot op de dag van vandaag blijven staan. Hopelijk blijft deze situatie voor bunkertje 12 zo omdat dit van de 20 ooit gebouwde exemplaartjes, tot op heden allicht het best bewaarde exemplaartje is.
In 1991 volgen nog eens slopingsaanvragen voor de bunkers 4, 11 en 12. Dit betreft dus een tweede slopingsaanvraag voor bunkertje 12 dat er gelukkig dus tot op vandaag reeds twee overleefde. Ook bunkertje 4 bestaat heden nog.
Later in 1991 wordt praktisch de volledige rest van nog aanwezige bunkertjes vogelvrij verklaard. Er volgen nog slopingsvergunningen voor bunkertjes 1, 2, 3, 5, 6, 15 en 17. Hiervan bestaat heden dus nog bunkertje 2 (terreinen Dok Gent), bunkertje 6 (langs Voorhavenlaan en nog vrij intakt aan de binnenzijde) en bunkertje 17 (met de draak op het dak).
Het valt dus op dat enkel de structuren 8, 16, 18, 19 en 20 tot en met 2005 nog niet waren bedreigt met een sloopvergunning. Toch moet men vaststellen dat van deze 5 bunkertjes geen enkele meer bestaat. Allicht heeft men dus zelfs niet altijd officieel de sloopvergunning aangevraagd tenzij ze nog gesloopt zijn na 2005. Voor de structuurtjes 16 en 18 zou dit wel eens het geval kunnen zijn omdat bunkertje 16 pas in 2010 is gesloopt in opdracht van Sea Terminal.
Leuk om te vermelden als hinderpaal om de nog resterende bunkertjes te slopen is de aanwezigheid van aanzienlijke hoeveelheden asbestbuizen. Deze zitten als ventillatieschachten en buizen doorheen gans het bunkertje, ingegoten in het gestorte beton. Selectief verwijderen is dan ook in deze gevallen zo goed als onmogelijk zonder te grote risico's te veroorzaken voor de verwijderaars. Puin afkomstig uit een dergelijke structuur mag in geen geval geaccepteerd worden door een klassieke puinverwerker omdat dit dient beschouwd te worden als asbestverdacht materiaal. Om dergelijk materiaal doelbewust te mogen accepteren, dient men speciaal vergund te zijn.
Voor zo goed als alle bestaande exemplaren in de Gentse haven werden in de loop der jaren reeds sloopvergunningen afgeleverd. Ondanks het bestaan van deze sloopvergunningen zijn gelukkig nog een aantal exemplaren tot op de dag van vandaag van de sloop bewaard gebleven. Hopelijk kunnen we dit ook zo houden en toch zeker een aantal fraaie nog aanwezige exemplaren proberen bewaren in de toestand dat ze zich heden bevinden.
Een overzicht van de in de Gentse gebouwde structuurtjes, in die mate dat er nog informatie is over teruggevonden, vindt u bovenaan deze pagina.
Hopelijk krijgt het stad Gent het toch eens over zijn hart nog enkele bestaande pareltjes te weerhouden van het zwaard van Damocles dat ondertussen reeds meer dan 20 jaar boven hun hoofd hangt, door ze te vrijwaren van de steeds aanslepende sloopdreiging. Men zou toch dringend minimum de weinige exemplaartjes die heden nog bestaan (het zijn er maar 5 meer van de originele 20) kunnen laten doorleven in het huidige Gentse havenbeeld. Ze maken deel uit van het weinige militaire erfgoed dat het stad Gent zelf nog telt.
Weet dat de stad Gent op dit gebied zeker geen hoge toppen scoort. Zo zijn er zeker nog enkele structuren gekend die op een veel betere manier hadden kunnen bewaard worden. Kijken we in dit kader bijvoorbeeld maar eens naar wat men nu uiteindelijk gaat aanvangen met die unieke Belgische WO II commandobunker in het Citadelpark te Gent. Deze wordt in alle ondertussen gemaakte studies over wat te doen met het Citadelpark te Gent, nog altijd doodgezwegen.
Om alvast eens het roer op dat gebied te keren, zou het beschermen van de enkele nog bestaande schuilstructuurtjes in de haven al een goed voorbeeld zijn van hoe om te gaan met dergelijk erfgoed. Zeker erfgoed uit de Koude Oorlog is nog amper te vinden. |